De toekomst van een big

4 januari 2024

Een goede basis voor een uniforme toom biggen begint in de dekstal en aan het begin van de dracht.

Een gezond geboortegewicht wordt bereikt aan het einde van de dracht. Zie voor meer informatie het artikel via ‘Fitte zeugen, de basis voor vitale biggen en gezonde vleesvarkens’ uit de vorige nieuwsbrief.

Een goed begin is het halve werk
De eerste uren van een big zijn van essentieel belang voor de toekomst. Dit begint eigenlijk direct na de geboorte. Komt de big ter wereld in een schoon kraamhok, of wordt het direct blootgesteld aan verschillende ziektekiemen? In het laatste geval is de kans groter dat de big te maken krijgt met ziekte in de eerste weken van het leven, waarbij een deel van de energie die de big binnenkrijgt in de afweer gaat zitten, of het big het zelfs niet overleeft.

Daarnaast is het van groot belang dat de temperatuur voldoende hoog is, zodat de beperkte energiereserves die de biggen hebben, gebruikt kunnen worden om zo snel mogelijk bij het uier te komen en biest op te nemen. Hoe sneller de big biest opneemt, des te beter de weerstand zal zijn en een goede basis voor de toekomst wordt gelegd.

Om te zorgen dat de biggen in de eerste weken voldoende melk krijgen, is het van groot belang om de biggen te uniformeren. Hierbij moet niet alleen gekeken worden naar het aantal biggen, maar ook naar de potentie van de zeug en het aantal spenen.

Focus op de biest
Het is van groot belang dat biggen binnen 30 minuten na de geboorte biest drinken. Vanwege kwaliteitsverschil is het belangrijk de focus er goed op te hebben dat alle biggen biest krijgen. Door bijvoorbeeld de eerstgeboren biggen apart te houden, krijgen ook de laatstgeboren biggen goed de kans om biest te drinken.

Biggen goed leggen
Voor een goede overlevingskans is het aan te raden om de kleine biggetjes samen te brengen en uniforme tomen te hebben. Leg nooit te kleine biggen bij een gelt, omdat de kans op diarree dan groot is! Plaats sterke biggen bij een grof uier, en kleine biggen bij een tweede worp met kleine spenen.

Leg de zeug aan het begin goed vol voor optimaal gebruik van het uier. Hou wel rekening met de conditie van de zeugen en de hoeveelheid biggen. Leg de gelten nooit te vol. Je uitgangspunt is wel altijd; Zoveel mogelijk biggen bij de eigen moeder!

Start met aanvullend voeren in een vroeg stadium, bijvoorbeeld vanaf dag 2, met melk of een prestarter. Zorg bovendien altijd voor schone bakjes en verdeel de voeding over meerdere kleine porties gedurende de dag. Voer extra indien nodig, zolang het bakje maar volledig wordt geconsumeerd. Bij een aanzienlijke behoefte aan voeding kun je meer eetplaatsen creëren door er bijvoorbeeld een voertoren bij te zetten.

Conclusie: De eerste dagen en weken zijn dus essentieel om zowel een gezond big als op termijn een hoogwaardig vleesvarken te produceren

Heeft u vragen over wat u op uw bedrijf kunt doen om de toekomst nog verder te verbeteren, neem dan contact op met onze adviseur Gea Simonides.